• info@pedalenenverhalen.nl

Tagarchief Deep Purple

Zes gevoelige snaren

(voor Cor en Gré Mak, ter nagedachtenis van Ritchie)

Het tocht een beetje in café Halfweg. De deuren van de dorpskroeg staan aan twee kanten open. Ik voel de zomer in mijn rug vertrekken. 

Net als de jonge serveerster de keuze voor het avondmaal voorlegt (“Wilt u een hamburger of drie stokjes saté?”), neemt de laatste zonnebries een oude bekende met zich mee. Cor Mak. 

Cor ziet me zitten en begroet me met volle woorden en op een volume dat bestemd is voor grote groepen. Ondertussen monstert hij mijn tafelgenoten. “Tijd niet gezien, vriend! Hebben jullie familiedag ofzo? Ik zie allemaal Schoutens!” Ik zeg hem dat we inderdaad een familiedag hebben en probeer tegelijkertijd in te schatten hoeveel Cor heeft gedronken. 

Cor maakt een nuchtere indruk.

Het meisje van het café staat met een afhangende heup en een notitieboekje te wachten op mijn keuze voor hamburger of saté. Ik houd haar niet langer op en kies voor saté. 

Cor loopt door naar het terras van café Halfweg. Ik kijk hem na en vraag me af of hij rookt. (Dacht het niet.)

Terug bij de familie, heb ik het met mijn oom Theo kort over het onbeschrijfelijke leed dat Cor 2 jaar eerder is overkomen. Hij verloor toen zijn jongste zoon Ritchie. Een auto-ongeluk tijdens een stapavond werd ‘m fataal. De jongen is net geen 22 jaar geworden.

Nadat ik de slechtste saté ooit heb gegeten, duikt Cor voor de tweede keer achter mijn rug op. Opnieuw met luide en joviale stem. Hij beschrijft in het kort onze lange vriendschap, die we voornamelijk op en rond de tennisbaan beleefden.

Cor is geen spat veranderd, merk ik. Nog immer goedlachs en voor iedere gelegenheid heeft hij een goed verhaal en een gulle lach paraat. 

Als we even later een tweetal oude koeien op het droge hebben begint Cor, gek genoeg, over zijn Fender Stratocaster, een elektrische gitaar. Hij doet er niets meer mee maar verkopen op marktplaats levert nauwelijks iets op dus hij bewaart ‘m liever, zegt hij. Even later nemen we afscheid.

Aan de lange familietafel denk ik nog even na over de ontmoeting met Cor. Mijn gedachten blijven steken bij de Fender Stratocaster gitaar. En dan valt het kwartje.

Cor speelde vroeger gitaar en had grote bewondering voor Ritchie Blackmore van Deep Purple. Zijn jongste zoon vernoemde hij zelfs naar de virtuoos die sinds jaar en dag speelt op een Fender Stratocaster. Geen wonder dat hij de gitaar niet van de hand doet. Die Strat is meer dan een gitaar. Het is een herinnering aan zijn verongelukte zoon. Een houvast met zes gevoelige snaren.

In gedachte zie ik Cor voor me met de Stratocaster op schoot. Met een brok in zijn keel slaat hij een stroef E-akkoord aan. Van de E kruipt hij als vanzelf naar de A en de B. Een eenvoudig bluesschema was nog nooit zo moeilijk om te spelen. Hij voelt het direct. Voor het eerst speelt hij met zijn hart.

Die gitaar krijgt een ereplek.

Dag 7, Koud (7 november 2017)

Vandaag zit er niet veel muziek in de dag. Vanmorgen moest ik heel kort even bijkomen van gisteravond. Ik had met twee vrienden afgesproken in Café De Wetering in Amsterdam. Als ik (zoals de Belgen zeggen) op café ga, dan steevast op de brommer (mét KOLBAK sticker!!). Het bijkomen had niet zozeer met overmatig drankgebruik o.i.d. te maken, nee, dat had te maken met de kou. Juist gisteren, die ene avond dat ik moet brommeren, laaide de geruchten over nachtelijke vorst op. En het bleken méér dan alleen maar geruchten! Het was zoals wij dat in Noord Holland zeggen ‘bok-koud’. Mijn voorzorgsmaatregelen bestonden uit het aantrekken van een regenbroek over mijn spijkerbroek (zonder dat het regende), mijn Tenson Himalaya winterjas en handschoenen. Deze laatsten bleken nog nat te zijn. In het compartiment onder mijn zadel waren ze sinds de laatste rit nog niet aan drogen toegekomen. Ik trok ze toch maar aan…

Dat heb ik geweten! Kouwe fikken man! De rest viel de heenweg nog wel mee. Ik vertrok om een uur of 19:00 dus de temperatuur was nog niet helemaal tot het nulpunt gezakt. Ritchie Blackmore’s Rainbow (Memories in Rock – Live in Germany) speelden mijn helm vol. Hierdoor vergat ik zo nu en dan de kou in mijn vingers.

In Café De Wetering stond naar mijn weten geen muziek op. Of het moet bij een heel laag volume zijn geweest. Het was geen gemis want het café deed me voorkomen als een babbelcafé. De uitbater verontschuldigde zich bij binnenkomst voor het niet branden van de open haard: “Één dag in het jaar is het windstil, vandaag dus, en dan komt de wijkagent altijd zijn gezicht om de hoek steken met de mededeling even een keertje de open haard te laten voor wat ie is, om overlast in de buurt voor te zijn. Nou! Dat doen we dan maar!”

We kropen in het hoekje bij de bar en babbelden de avond vol.

Rond middernacht gingen we ieder zijns weegs. Ik kroop weer in mijn Himalayapak en verfoeide het feit dat ik de handschoenen zonder na te denken opnieuw in het compartiment onder het zadel van mijn bromfiets had gedaan. Ik had ze beter even in het café te drogen gelegd op de kachel, bedacht ik me te laat. Met klamme klauwen kroop ik op mijn KOLBAK brommer. Ritchie Blackmore speelde het intro van Deep Purple’s  ‘Highway Star’.

Drie kwartier later kroop ik mijn bed in met ijsklompen aan handen en voeten. Een uur later bereikte ik een aanvaardbare temperatuur om de slaap eindelijk te vatten. Ritchie Blackmore hoor ik in mijn hoofd nog net de eerste akkoorden aanslaan van ‘Black Night’…..

Album van vandaag: Wild And Reckless – Blitzen Trapper

1
Translate »