Ik kijk in een spiegeltje dat mij twee ogen toont. Het zijn niet de mijne. Ze zijn bruin, en ik zie dat de ogen moe zijn, halfgesloten en van hier. Hier is Azerbeidzjan.
Mijn eigen ogen moeten wennen aan een snelheid die ze al bijna 5 maanden niet meer kennen. Rechts van mij, en niet zichtbaar in de achteruitkijkspiegel, zit Nicole. We zitten dicht op elkaar in de cabine van een kleine truck. Vooral mijn knieën hebben last van de beperkte ruimte. Ze willen strekken en buigen, het liefst aan een stuk door. Ze willen eigenlijk gewoon fietsen, ze weten niet beter.
Na ruim 200 kilometer door de woestijn te hebben gefietst, kwamen we compleet afgedraaid aan bij het door onze navigatie-app aangegeven overnachtingsplaats. Het was overvol op de oase die op de app de naam F@d@k heeft meegekregen. Dit was tevens de naam van ons beoogde motel.
F@d@k bleek een populaire pleisterplaats voor truckers en automobilisten die van- en naar Baku onderweg waren. Je kon er uitgebreid eten op diverse terrassen, bij foodtrucks en andere zelf getimmerde eetstalletjes. Er was voor de kleintjes een grote speeltuin en voor eenieder een soort van vogeltuin en een welriekend toilethuis.
Nicole en ik trapten onszelf het stoffige horecaondernemersplein op en werden door een verkeersregelaar gemaand om de fietsen op een door hem aangegeven plaats te stallen. Dit deden we niet. We bleven nog even gedesoriënteerd over het terrein rollen toen we dezelfde verkeersregelaar besloten te vragen of hij ons door de drukte naar het motel kon wijzen. De man in het fluoriserend gele hesje zei dat er in F@d@k geen motel was. Om zijn woorden kracht bij te zetten, en daarbij een definitieve streep door onze hoop op een douche en een bed te trekken, maakte hij van zijn onderarmen een kruis en richtte deze naar ooghoogte op. Nicole en ik keken elkaar aan en zagen niets dan vertwijfeling in elkaars ogen.
Ondertussen stak er een stevige, stoffige, wind op die ons het laatste zetje gaf. We stapten af.
We besloten wat te gaan eten. We konden na een rit van 94 kilometer door de barre zandvlakte de verse energie van een maaltijd wel gebruiken. Het leek ons ook verstandig om even rustig de tijd te nemen om na te denken over onze opties.
Al vrij snel kwamen we erachter dat er geen andere optie was dan doorfietsen en hopen dat we langs de route een geschikte plek om te overnachten zouden vinden. We werden een beetje stil van dat vooruitzicht want de laatste dagen door de woestijn hadden ons zowel geestelijk als fysiek moe gemaakt.
In stilte aten we van een salade, wat frites en een bouillon met vlees.
‘We kunnen ook proberen te liften’, zei Nicole na een slok Fanta. Het L-woord was gevallen. Het klonk daar in de oase niet als vloeken. Het klonk als de L van Lekker! Leuk! Let’s do it!
‘Waarom niet’, antwoordde ik. ‘Het moet zeker lukken met al die mensen hier. We moeten alleen een truck of een busje hier voor de poort zien te strikken’.
Zowel Nicole als ik hadden in ons leven slechts één keer eerder met opgestoken duim langs de kant van de weg gestaan. Nicole in Andorra en ik in Spanje. Daar was het ons allebei gelukt een lift te krijgen. Hier in Azerbeidzjan moesten we het nog maar zien met die twee volgepakte fietsen in de hand.
Na de maaltijd duwden we onze fietsen naar de grote parkeerplaats langs de kant van de weg en namen onze liftposities in. Iedere truck en iedere busje dat groot genoeg leek om ons en de fietsen mee te nemen kreeg van ons een ‘thumbs up’. De aandacht die we daar langs de weg kregen was enorm en enthousiast. Er kwamen zelfs mensen naast ons staan voor een gezamenlijke foto. Iedereen op de foto moest in de lifthouding met de duim omhoog. Van veel passerende auto’s, busjes en trucks kregen we een ferme duim terug maar stoppen deden ze niet.
Toen was daar een truck met een open laadbak. De chauffeur had net als wij lekker zitten eten en hij begon rustig aan een poging om in te voegen tussen het passerende verkeer. Wij kregen hem in het snotje dus sprongen voor zijn truck en begonnen te huppelen en juichen alsof hij al had besloten om ons mee te nemen. Ik zag in de ogen van de chauffeur dat hij daardoor even van z’n à propos raakte. We sprongen nog hoger en zwaaiden onze vier duimen naar alle kanten. Ons vrolijke gejuich trok veel aandacht van het overige publiek dat nu ook verwachtingsvol naar de chauffeur begon te kijken. Gaat hij ze echt meenemen?, dachten zij. Gaat hij ons echt meenemen?, dachten wij.
De wereld hield z’n adem in en de chauffeur minderde vaart. Hij zette de truck stil en stapte uit de cabine. Een kort gebaar met hoofd en hand vertelde ons dat we de fietsen achterin konden leggen. Gejuich en geklap klonk nu ook om ons heen. En de duimen van de omstanders verschenen uit vele broekzakken.
We konden ons geluk niet op. Van een ellendig gevoel waren we ineens in pure euforie beland. De man knikte nadat Nicole het woord Baku op vragende toon uitsprak. Hij moest naar Baku
Zo komt het dat we nu dus opeengepakt met 110 kilometer per uur door het laatste stuk woestijn stuiven.
Als mijn ogen gewend zijn aan het nieuwe reistempo, zien ze rechts stalletjes met meloenen. Galia en Water.
Een paar kilometer verder staan er een stuk of tien jongens langs de kant van de weg. Ook zij proberen iets te verkopen aan het voorbijtrekkende verkeer. Even denk ik aan vis. Het lijkt zilver en heeft de afmeting van kabeljauw. Het is geen vis. De jongens staan met konijntjes in de hand. Met duim en wijsvinger houden de jongens de beestjes vast bij de lange oren. In iedere hand één. De konijntjes zweven hulpeloos boven het hete asfalt.
De chauffeur zwijgt de hele rit en heeft geen oog voor de verkopers. Ook niet als er even later mannen met dampende maiskolven langs de weg staan. Hij let op de weg en wil er zeker van zijn dat hij zijn kostbare lading straks heelhuids in de stad afzet.
Vlak voor Baku kijk ik in een spiegeltje dat mij twee ogen toont. Het zijn niet de mijne. Ze zijn bruin, en ik zie dat de ogen moe zijn, halfgesloten en van hier. Meer zie ik niet. Wat er achter die ogen schuilgaat is voor mij een groot geheim. Net als Baku, de stad die we samen inrijden dat is, en dat voor mij altijd zal blijven.
13 comments so far
EstherGeplaatst op1:45 pm - jul 10, 2019
Wauw wat een verhaal alsof ik er tussen sta met mijn duim omhoog???
Carrie van der VoortGeplaatst op5:33 pm - jul 10, 2019
Chapeau! voor jullie!
Theo DinkelbergGeplaatst op6:19 pm - jul 10, 2019
Super gedaan dat jullie die laatste 110 km door die dessert gelift hebben. ???
didi königGeplaatst op6:34 pm - jul 10, 2019
Wat heb je dit prachtig ge- en beschreven Dennis. Bij de herhaling van de eerste zin kreeg ik zelfs kippevel.
JokeGeplaatst op7:25 pm - jul 10, 2019
?? Niet bepaald een stoffig verhaal, maar boeiend van begin tot eind met een helder beeld ervan. Ga zo door. Go go go!
OlgaGeplaatst op7:26 pm - jul 10, 2019
Nog steeds geen uitgever gevonden? Ik geniet er zo van. Goed plan die lift
?? EllyGeplaatst op11:54 pm - jul 10, 2019
Afzien voor jullie, dapper voorwaarts gaan. Ik volg jullie met veel genoegen.
Mooi verhaal weer, een goede reis verder
Didi en TheoGeplaatst op7:11 pm - jul 12, 2019
Wat is het toch heftig geweest dwars door de woestijn. Dit doen we jullie echt niet na. Heel realistisch geschreven. Hopelijk kunnen jullie even bijkomen van deze monstertocht. Vol verwachting wachten op het vervolg. Succes allebei!!!!!!!?❤❤
Stefan en BiancaGeplaatst op12:26 am - jul 13, 2019
Bijzonder verhaal weer zeg!
Het pakt je van begin tot eind. Wat een avontuur weer zeg. En fijn om even te kunnen rusten. Succes .
En Dennis wat kan jij mensen betoveren met je manier van schrijven.
Dennis AaijGeplaatst op4:15 am - jul 13, 2019
Dank! Fijn om te horen
ClaudiaGeplaatst op6:09 am - jul 13, 2019
Wat een tocht! Geweldig om te lezen, lukt het of lukt het niet, wat zullen jullie opgelucht zijn toen jullie eindelijk reden. Sterkte met wachten op de boot.
LiaGeplaatst op12:58 pm - jul 13, 2019
Alweer een prachtig avontuur en verhaal! Kanjers???♂️?♀️
FritsGeplaatst op11:35 pm - jul 13, 2019
Steeds weer van die fantastische verhalen over dat wat jullie beleven. Echt top om te lezen. En je niet laten beïnvloeden door een of andere tegenslag, gewoon ’n list verzinnen en dan weer verder. herken dat helemaal. Heel veel plezier en succes op jullie volgende kilometers, yards, miles, of “what ever”! Toi-toi-toi!